Skip to main content

1000 bomen in stad en dorp

Speerpunt 23

De beste tijd om een boom te planten was 20 jaar geleden. De op een na beste tijd is NU.Chinees spreekwoord
.

Bomen hebben een veel groter belang voor de kwaliteit van de leefomgeving dan je op het eerste gezicht zou denken. Niet alleen verfraaien ze de omgeving, ze kunnen ook een grote bijdrage leveren aan de verbetering van de vaak slechte luchtkwaliteit in onze steden. Het grootschalige onderzoek Curieuzeneuzen drukte ons onlangs nog met de neus op de feiten. De luchtkwaliteit is op veel plaatsen matig tot slecht. Er hangt overal te veel fijn stof, met alle gevolgen van dien voor de volksgezondheid.

Het in stand houden en verbeteren van de bomenstand in de stad is een goede methode om fijnstof te bestrijden. Dit is niet zomaar een groen fantasietje. De verborgen kosten van een slechte luchtkwaliteit zijn enorm. Een onderzoek in opdracht van het Nederlandse Astmafond trekt als conclusie dat de effecten van luchtvervuiling Nederland per jaar minimaal 4 miljard euro kosten. Het grootste deel daarvan is het gevolg van medische kosten en vroegtijdige sterfte door langdurende blootstelling aan fijnstof. De positieve effecten op de luchtkwaliteit is een van de belangrijkste redenen om bomen in de stad zo veel mogelijk te handhaven, maar er zijn nog veel meer voordelen verbonden aan een groene stad.

Luchtkwaliteit

Planten en bomen dragen aanzienlijk bij aan de verwijdering van fijnstof, schadelijke oxiden en ozon uit de lucht.

In een onderzoek van Alterra (Oosterbaan et al 2006) werd vastgesteld dat bijna de gehele produktie aan fijnstof van een autoweg door het proefgebied werd weggevangen door de aanwezige vegetatie.

Ook een Amerikaans onderzoek (Nowak, 2002) liet zien dat bomen tonnen aan fijnstof kunnen wegvangen.

Deze onderzoekers becijferden dat de stadsbeplanting daardoor vele miljoenen dollars waard is.

Microklimaat, energiebesparing en geluidsdemping

Bomen geven schaduw en beperken temperatuurextremen. Ze bevochtiging de lucht die daardoor koeler en aangenamer aanvoelt. Dit beperkt in de zomer de noodzaak tot koelen. Doordat in de luwte van bomen de windsnelheden lager zijn verminderen de warmeteverliezen van gebouwen wat ‘s winters energie bespaart. Tenslotte dempen bomen verkeerslawaai en leveren een sterke vermindering van geluidasoverlast op.

Waterbeheer

Bomen verbeteren de structuur van de bodem en zorgen dat er meer water wordt kan worden vastgehouden wat vermindering van wateroverlast kan geven. 

Woon- en leefgenot

Wonen in een goed ingerichte wijk met mooi en functioneel groen is het recht van iedere burger. Het geeft woonsfeer, leef- en woongenot en het daagt uit tot “buiten zijn”. De aanwezigheid van groen heeft een positieve invloed op de lichamelijke en psychische gezondheid van mensen, en geeft ruimte voor ontspanning en beweging. Tenslotte tonen onderzoeken aan dat groen de waarde van vastgoed met 6 tot 15% laat toenemen. Dit betekent dus ook een hogere belastingopbrengst voor de (lokale) overheid.

Biodiversiteit

Straatboombeplantingen zijn vooral gunstige vanwege de omvang van elke individuele boom. Elke boom is een ecosysteem op zichzelf en is daarmee een ideale schuilplaats en voedselbron voor allerlei fauna.

Aan de slag met een bomenplan

De Vlaamse overheid reikt de gemeenten een nuttige tool aan; het bomenplan. Bomen zijn de meest duurzame groene elementen van de openbare ruimte.

Ze dragen in sterke mate bij aan het karakter van plekken, routes en landschappen, ze hebben een belangrijke cultuur-historische, esthetische en ecologische functie, een economische waarde (woningen in een boomrijke buurt zijn doorgaans meer waard!) en ze dragen bij tot een aangenamer en gezonder woon- en leefmilieu (buffering van neerslagwater, opslag van CO2, minderen temperatuurextremen, …).

Waarom een bomenplan?

Daarom is het behoud van een kwalitatief bomenbestand belangrijk. Vaak spelen bomen echter een ondergeschikte rol en moeten ze wijken voor andere belangen wanneer de verschillende activiteiten in de (verstedelijkte) publieke ruimte – mobiliteit, recreatie, bewoning… - tegen elkaar worden afgewogen. Hierdoor raakt het voortbestaan van (volwassen) bomen in de verstedelijkte omgeving bedreigd. Denk maar aan de vele bomen die afsterven als direct of indirect gevolg van verkeersschade, door schade bij bouwwerken, het aanleggen van nutsleidingen… Wanneer toch bomen worden aangeplant, is hun levensduur sterk beperkt door gebrekkige omgevingsfactoren – een gebrek aan bovengrondse en/of ondergrondse ruimte, onoordeelkundige toepassing van verharding, enzovoorts - een verkeerde bomenkeuze en door een gebrek aan kwalitatief beheer. De gemiddelde leeftijd van een straatboom in een verstedelijkte omgeving bedraagt vandaag nauwelijks 20 à 30 jaar. Het is nochtans belangrijk om te beseffen dat de potentiële effecten van bomen toenemen met hun grootte: in het algemeen geldt dat hoe groter de boom, hoe groter de voordelen. Willen we nog (grote) bomen langs straten en op pleinen, dan moet vanaf de ontwerpfase rekening gehouden met de bomen en moeten alle mogelijke maatregelen worden genomen om ze maximale groei- en ontwikkelingskansen te geven. Daarnaast is er meer expertise nodig om de bomen na aanplant kwaliteitsvol te beheren. Daarvoor is een planmatig bomenbeleid en -beheer noodzakelijk.

Wat is een bomenplan?

Het bomenplan wil de cruciale plaats van bomen in de stad duidelijk maken en daar ook naar doen handelen, zowel in het ontwerp, de aanleg en het beheer van het openbare domein.

Het focust zowel op het behoud van het huidige waardevolle bomenbestand als op het uitbreiden ervan.